-ig
Uiterlijk
Huidig bestand |
---|
1.848 |
- -ig
- Van het Oudnederlandse -ag, -ig, van het Protogermaanse *-agaz, *-īgaz, *-ugaz, elk een variant van het gemeenschappelijke achtervoegsel *-gaz [1]
-ig [2]
- vormt een bijvoeglijk naamwoord uit zelfstandige naamwoorden of werkwoorden
- indien toegevoegd aan een zelfstandig naamwoord voorafgegaan door een bijvoeglijk naamwoord dat het zelfstandig naamwoord beschrijft (bv. roodharig, dikhuidig, tweebenig)
enige woorden met dit voorvoegsel die nog kunnen worden aangebracht