Herman Teirlinck tir nederlandavaf belgaf suterotik. Koe Molenbeek-Saint-Jean koe Belga ba 04/02/1879 koblir. Ba 04/02/1967 koe Beersel awalker.
Inafa gadava tir Nederlandava. Bak 1956 gu Nederlandavafo Suterotafo Poradro icde intaf grabomeem zo gabler.
|
Herman Teirlinck
|
|
Blira
|
1879-1967
|
Ava
|
Nederlandava
|
Suterind
|
Berpot, Wenya
|
|
Suterot Berpot is ar suteks :
- Verzen (1900)
- Landelijke historiën (1901, berpot)
- De wonderbare wereld (1902, berpot)
- Het stille gesternte (1903, berpot)
- 't Bedrijf van den kwade (1904, berpot)
- De doolage (1905, berpot)
- Zon, een bundel beschrijvingen (1906, vayaks)
- De kroonluchter, kunstgenootschap (1907, berpot)
- Het avontuurlijk leven van Lieven Cordaat (1908)
- Mijnheer J.B. Serjanszoon, orator didacticus (1908, berpot)
- Het ivoren aapje (1909, berpot)
- Johan Doxa, Vier herinneringen aan een Brabantschen Gothieker (1917, berpot)
- De Nieuwe Uilenspiegel of de jongste incarnatie van den scharlaken Thijl (1920)
- De vertraagde film (1922, wenyaxa)
- Ik dien (1924, wenyaxa)
- De man zonder lijf (1925, wenyaxa)
- De wonderlijke mei (1925 wenyaxa)
- De leemen torens (1928, twaberpot)
- De ekster op de galg (1937, wenyaxa)
- Elckerlyc (1937)
- Ave (1938, wenyaxa)
- Maria Speermalie, 1875-1937 (1940, berpot)
- De XXXX brieven aan Rolande (1944)
- Het gevecht met de engel (1952, berpot)
- Zelfportret of Het galgemaal (1955, berpot)
- Wijding voor een derde geboorte (1956, vayaks)
- Dramatisch Peripatetikon (1959, vayaks)
|
|
|