Hendrik Petrus Berlage
Hendrik Petrus Berlage | ||||
---|---|---|---|---|
H.P. Berlage. Afkomstig uit Bouwkundig Weekblad Architectura, [55e jaargang], nr. 33 (18 augustus 1934): p. 338.
| ||||
Persoonsinformatie | ||||
Nationaliteit | Nederlands | |||
Geboortedatum | 21 februari 1856 | |||
Geboorteplaats | Amsterdam | |||
Overlijdensdatum | 12 augustus 1934 | |||
Overlijdensplaats | Den Haag | |||
Beroep | architect, stedenbouwkundige | |||
Werken | ||||
Belangrijke gebouwen | Beurs van Berlage (1903), Mercatorplein (Amsterdam) (1925), Jachtslot St Hubertus, Kunstmuseum Den Haag | |||
Belangrijke projecten | Plan Zuid (Amsterdam) | |||
Archieflocatie | Het Nieuwe Instituut | |||
RKD-profiel | ||||
|
Hendrik Petrus (Hein) Berlage (Amsterdam, 21 februari 1856 – Den Haag, 12 augustus 1934) was een invloedrijk Nederlands architect, stedenbouwkundige, meubelontwerper, glasontwerper en tekenaar.
Levensloop
[bewerken | brontekst bewerken]Beginjaren
[bewerken | brontekst bewerken]Berlage werd geboren aan de Keizersgracht in Amsterdam als kind van welgestelde, liberale ouders. Na zijn kinderjaren verhuisde hij met zijn familie naar Arnhem, waar hij de HBS bezocht. In deze periode overleed zijn moeder en hertrouwde zijn vader. Zijn schoolresultaten gingen achteruit, maar Berlage vond zijn weg uiteindelijk in de architectuur.
Hij studeerde van 1874 tot 1875 aan de Rijksakademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam. Hierna volgde hij in 1875 een studie aan de Bauschule van het Eidgenössische Polytechnicum, sinds 1911 Eidgenössische Technische Hochschule Zürich(ETH) geheten, in Zürich, waar hij in aanraking kwam met de denkbeelden van de architecten Gottfried Semper en Eugène Viollet-le-Duc. In zijn klassieke bouwstijl zijn vooral de theorieën van Semper duidelijk aanwezig. Na zijn studie ging Berlage werken op het bureau van Th. Sanders, met wie hij zich in 1884 associeerde. Samen ontwierpen ze verschillende gebouwen in neorenaissancestijl.
Berlage trouwde op 28 juli 1887 met Marie Bienfait (Goor, 1864 - Den Haag, 1937). Het echtpaar kreeg vier kinderen: drie dochters en een zoon. In 1914 verhuisde het gezin van Amsterdam naar Den Haag en namen hun intrek in het door hemzelf ontworpen huis aan de Violenweg 14.
Zelfstandig architect
[bewerken | brontekst bewerken]In 1889 ging Berlage zelfstandig werken. Aanvankelijk ontwierp hij voornamelijk in de toen gebruikelijke neostijlen (winkelpand Focke & Meltzer, Kalverstraat, Amsterdam), maar allengs begon hij te experimenteren in een mengvorm van rationalisme en jugendstil. Dit is vooral zichtbaar in de ontwerpen voor de verzekeringsmaatschappij De Nederlanden van 1845, waarvoor hij als huisarchitect werkte, bijvoorbeeld aan het Muntplein te Amsterdam. Deze gebouwen kondigen reeds Berlage's Beurs aan, en zijn ook mede de reden geweest waarom wethouder Willem Treub Berlage naar voren schoof als de architect van de nieuwe Koopmansbeurs in Amsterdam. De stijl van Berlage gaf uiting aan het gedachtegoed dat Berlage en Treub deelden: het radicaal liberalisme, een politieke stroming die als voorloper van de sociaaldemocratie gezien kan worden. Berlage beschouwde zijn laatste werk, het Haags Gemeentemuseum, thans het Kunstmuseum Den Haag, als zijn beste. Hij heeft de afronding hiervan niet meer meegemaakt.
Rationalisme
[bewerken | brontekst bewerken]Vanaf het einde van de 19e eeuw was het rationalisme een belangrijke architectuurstroming. Berlage ontwierp van daaruit de plattegrond van een gebouw, met vlakke bakstenen muren en gebruik van natuursteen ter accentuering van belangrijke punten. De Koopmansbeurs in Amsterdam is Berlage's belangrijkste werk uit deze periode (en van zijn gehele oeuvre) en wordt beschouwd als het begin van de moderne architectuur in Nederland. De stijl werd overgenomen door architecten als Tjeerd Kuipers, Willem Dudok en Alexander Kropholler, die zich er nog lang door lieten inspireren, ook nadat Berlage zelf allang andere wegen was ingeslagen. Het rationalisme kreeg te maken met een tegenbeweging in de vorm van de Amsterdamse School, waarvan de architecten ironisch genoeg een belangrijke rol speelden bij de invulling van Berlage's uitbreidingsplan voor Amsterdam, Plan Zuid.
Amerikaanse invloeden
[bewerken | brontekst bewerken]Tijdens een bezoek aan de Verenigde Staten in 1911 raakte Berlage onder de indruk van het werk van Frank Lloyd Wright en andere belangrijke Amerikaanse architecten. Tot het einde van Berlage's carrière is deze Amerikaanse invloed in zijn werk duidelijk aanwezig. Hij wist diverse Nederlandse architecten te inspireren, zoals Jan Wils en Hendrik Wouda.
Politiek
[bewerken | brontekst bewerken]Als mens was Berlage een socialist die vakmanschap, handwerk en de samenwerking tussen de ambachten hoog in het vaandel had staan.
Reis naar Nederlands-Indië
[bewerken | brontekst bewerken]In 1923 ondernam Berlage een reis naar Nederlands-Indië, waar hij lezingen en bouwadviezen gaf aan gemeenten. Aan de gemeente Batavia gaf hij advies over het bestaande verbeterings- en uitbreidingsplan van de stad.[1]
Trivia
[bewerken | brontekst bewerken]Berlage is een overgrootvader van de Nederlandse cabaretier en schrijver Vincent Bijlo.[2]
Werken
[bewerken | brontekst bewerken]Een van de kenmerkendste eigenschappen van Berlage's werk is dat al zijn ontwerpen zijn gebaseerd op het idee van het Gesamtkunstwerk, de synthese van de kunsten. Berlage ontwierp niet enkel gebouwen en stedebouwkundige plannen maar ook complete interieurs, dat hield in alles wat in een huis of bedrijfsgebouw stond ten dienste van de mens: tafels, bureaus, stoelen, banken, vloerkleden, betimmering, eetkamers, kasten, kachels, toilettafels, glazen, serviezen, glasplastieken, karaffen, bekers, asbakken, armaturen en klokken[3][4]. Hij was ook een goed tekenaar. Hij tekende vooral als hij in het buitenland was voor een studiereis, vooral met potlood en houtskool.
Een tafelklok van Berlage werd in 2020 voor 13750 euro verkocht tijdens het kunst- en antiekprogramma Van Onschatbare Waarde[5] Een krijttekening van een pauw van Berlage die op de rommelmarkt voor 50 cent was gekocht, bracht in dit programma in 2024 € 1300 op.
Veel architectonisch en stedebouwkundig werk van Berlage bevinden zich in Amsterdam. Belangrijke projecten zijn het gebouw voor 'De Algemeene' (1893) op het Damrak (later C&A), het gebouw voor de Algemene Nederlandse Diamantbewerkers Bond de Burcht van Berlage (1900), de Beurs van Berlage (1903), het uitbreidingsplan Amsterdam-Zuid (Plan Zuid) (1917), het Mercatorplein (1925) en de Berlagebrug (1928).
Ook in Den Haag heeft hij veel gewerkt. Hier bouwde hij onder meer een tweetal gebouwen voor De Nederlanden van 1845 (Kerkplein en Groenhovenstraat), een woonhuis voor de directeur van de verzekeringsmaatschappij, Carel Henny en de woonwijk Laakkwartier. De Christian Science-kerk is het enige kerkgebouw van de hand van Berlage dat ooit werd gebouwd. In 1914 ontwierp Berlage, van 1913 tot september 1919 in dienst bij het echtpaar Kröller-Müller, het Jachthuis Sint-Hubertus en de boerderij 'De Schipborg' aan de Borgweg 66 in Schipborg in Drenthe. Het Jachthuis was het buitenhuis van de familie, gelegen in het Nationaal Park De Hoge Veluwe, en de boerderij was bestemd voor hun zoon. Berlage's laatste grote werk is het Gemeentemuseum Den Haag, het huidige Kunstmuseum, waarvan hij de voltooiing in 1935 zelf niet meer meemaakte.
Een ander werk is het voormalige gemeentehuis te Usquert, een van de twee uitgevoerde ontwerpen in de provincie Groningen, naast Villa Heymans aan de Ubbo Emmiussingel 108 in de stad Groningen, schuin tegenover het Station Groningen (hoofdstation). Voor bijna al zijn gebouwen ontwierp Berlage ook het meubilair, dit ook in de geest van het concept "Gesamtkunstwerk". In 1900 was Berlage betrokken bij de oprichting van 't Binnenhuis, een "verkooplokaal voor kunstnijverheid". Incidenteel was hij ook boekbandontwerper.
In 1899 ontwierp hij voor de Wereldtentoonstelling in Parijs van 1900 een beroemde acht meter lange kastenwand uitgevoerd in eikenhout waarvan het houtsnijwerk werd uitgevoerd door Kees Oosschot en die vervaardigd werd door het meubelbedrijf J.B. Hillen. De wand won de gouden medaille.[6][7]. Van deze kastenwand is slechts één kast overgebleven die in het Kunstmuseum Den Haag staat. De andere kasten zijn voor zover bekend verloren gegaan.[8] Ook het complete interieur van de toonzaal die destijds werd ingericht in een van de paviljoens is niet behouden.
Ook in het buitenland heeft Berlage sporen nagelaten. Het in 1903 naar zijn ontwerp gebouwde Niederländisches Haus in Leipzig is daar een voorbeeld van.[9] In Surabaya is een gebouw voor verzekeringsmaatschappij "De Algemeene" gebouwd in 1900 en in Batavia in 1913 een gebouw voor verzekeringsmaatschappij "De Nederlanden van 1845"
Bibliografie
[bewerken | brontekst bewerken]- (met Th. Sanders): Het Volkskoffiehuis aan de Ruyterkade, in Bouwkundig Weekblad, 11 juni 1884, 4e jaargang, nummer 24, p. 161.
- Over stijl in bouw- en meubelkunst. W.L. & J. Brusse's Uitgeversmaatschappij, Rotterdam 1904
- Grundlagen und Entwicklung der Architectur. Julius Bard, Berlijn 1908
- Het Beethovenhuis. L. van Looij Amsterdsam 1908
- Studies over bouwkunst, stijl en samenleving. W.L. & J. Brusse's Uitgeversmaatschappij, Rotterdam 1910. Met tekeningen door Johan Briedé
- Beschouwingen over bouwkunst en hare ontwikkeling. W.L. & J. Brusse's Uitgeversmaatschappij, Rotterdam 1911. Met tekeningen door Johan Briedé.
- Een drietal lezingen in Amerika gehouden. W.L. & J. Brusse's Uitgeversmaatschappij, Rotterdam 1912
- Amerikaanse reisherinneringen. W.L. & J. Brusse's Uitgeversmaatschappij, Rotterdam 1913
- Bouwkunst in Holland. M.V.G.E.G.L., Amsterdam 1913
- Arbeiderswoningen in Nederland. W.L. & J. Brusse's Uitgeversmaatschappij, Rotterdam 1921
- 230 afbeeldingen van zijn werk. W.L. & J. Brusse's Uitgeversmaatschappij Rotterdam 1925.
- De ontwikkeling der moderne bouwkunst in Holland. M.V.G.E.G.L., Amsterdam 1925
- Het ontstaan en vergaan der werelden. Wereldbibliotheek, Amsterdam 1929
- Mijn Indische reis: gedachten over cultuur en kunst. W.L. & J. Brusse's Uitgeversmaatschappij, Rotterdam, 1931. - 147 p.
- Het wezen der bouwkunst en haar geschiedenis (aesthetische beschouwingen). F. Bohn, Haarlem, 1934. - VI, 228 p., 32 p.pl. - (Volksuniversiteitsbibliotheek ; 62)
- Met Laurens van der Waal tekst: 24 schetsen, zwervende en toch thuis. Nijgh en Van Ditmar, Rotterdam 1948.
Vernoeming
[bewerken | brontekst bewerken]Naar Berlage zijn vernoemd:
- De Beurs van Berlage, een gebouw aan het Damrak in Amsterdam waarin de beurs gevestigd was
- De Berlageblokken, drie woonblokken in de Amsterdamse Indische Buurt
- De Berlagebrug, een door Berlage ontworpen brug in Amsterdam over de Amstel
- De Berlagebrug, een door Berlage ontworpen brug in de tuinen van het Jachthuis Sint-Hubertus
- De Berlagebrug, een brug over het Eemskanaal in Groningen
- Het Berlagehuis, voormalig gemeentehuis in Usquert
- Het Berlage-huis, voormalig kantoor van de De Nederlanden van 1845 in Den Haag
- Het Berlage Lyceum, een tweetalige school in Amsterdam-Zuid
- Het Berlage Institute, een internationale architectenopleiding in Rotterdam
- De Berlage Villa of Villa Hoogerheide in Hilversum
- De Burcht van Berlage, vakbondsgebouw in Amsterdam
- Plein van Berlage in Utrecht langs de As van Berlage
- Zwemvereniging Berlage, een vrijwilligersvereniging voor zwemopleidingen in Amsterdam Noord
- Diverse andere straten in Nederland
Werk in openbare collecties (selectie)
[bewerken | brontekst bewerken]- Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam[10]
- Rijksmuseum Amsterdam[11]
- Museum de Fundatie in Zwolle
- Kunstmuseum Den Haag
Literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- Max van Rooy: Heb ik dat gemaakt? De vormende jaren van H.P. Berlage. Prometheus, 2022. ISBN 9789035130890
- Nederlandse architectuur: H.P. Berlage, bouwmeester 1856-1934. Haags Gemeentemuseum 30
augustus t/m 16 november 1975, samenstelling tentoonstelling en catalogus: Kees Broos, Pieter Singelenberg en Manfred Bock (ISBN 90-6012-299-2).
- Kuyvenhoven, F. (2010) Index Nederlandse beeldende kunstenaars, kunstnijveraars en fotografen. ISBN 9789072905550
- Karin Gaillard, Betsy Dokter (red.), bijdr. van Vincent van Rossem e.a.: Berlage en Amsterdam Zuid. Uitgeverij 010 [etc.], Rotterdam, 1992, 112 p. ISBN 90 6450 174 2 (uitg. t.g.v. tentoonstelling Gemeente Archief Amsterdam 25 sept. - 21 nov. 1992).
- Manfred Bock, Jet Collee, Hester Coucke: H.P. Berlage en Amsterdam, in: Gids langs 54 architectuur-projecten. Meulenhoff/Landshoff, Amsterdam, i.s.m. Stichting ARCAM, 1987, 152 p. ISBN 90 290 8354 9
- Sergio Polano: Hendrik Pieter Berlage, Het complete Werk. Atrium, Alphen aan den Rijn, 1988. ISBN 90 6113 280 0
- Pieter Singelenberg (eindred. Jan E. Schierbeek): Het Haags Gemeentemuseum van H.P. Berlage. Haags Gemeentemuseum, Den Haag, 1996, 127 p. ISBN 90 6730 103 5
- Yvonne Brentjens en Titus M. Eliëns: H.P. Berlage (1856-1934). Architect en ontwerper. Waanders, Zwolle, 2010, 160 p. ISBN 978 90 4007719 7
Zie ook
[bewerken | brontekst bewerken]- Bouwwerk van Hendrik Petrus Berlage
- Lijst van Nederlandse architecten
- Boekbanden en omslagen ontworpen door Hendrik Petrus Berlage
Externe links
[bewerken | brontekst bewerken]- Koninklijke Bibliotheek - dossier Berlage
- Hoge Veluwe: Jachthuis Sint Hubertus
- Gemeentemuseum Den Haag
- ↑ ARCHITECTUUR & STEDEBOUW IN INDONESIË 1870/1970, Huib Akihary; uitgeverij De Walburg Pers, Zutphen, 1990; ISBN 90.6011.697.6
- ↑ Website Vincent Bijlo, tekst van zijn theatervoorstelling De beurs van Bijlo, 2001-2002
- ↑ Belinda Visser - Klokken van Berlage tot Stoffels Kunstconsult.com. Gearchiveerd op 7 augustus 2022.
- ↑ Leo Rademaker - H.P. Berlage, een korte biografie, uitgeverij Aspekt 2000, p.5. Gearchiveerd op 21 augustus 2022.
- ↑ Klokje van Berlage, seizoen 3 aflevering 4 september 2020. Gearchiveerd op 16 februari 2023.
- ↑ Minke Thomas - Goed In vorm, 100 jaar ontwerpen in Nederland. uitgeverij 010, Rotterdam pagina 30
- ↑ Diploma gouden medaille Berlage 1900 op Flickr. Gearchiveerd op 14 december 2022.
- ↑ Kast uit de kastenwand voor de Wereldtentoonstelling van 1900 - Collectie Kunstmuseum Den Haag. Gearchiveerd op 14 december 2022.
- ↑ Uit: Leipzig. Nederlandsche Bouwkunst in Duitschland. In: Onze Kunst. Voortzetting van de Vlaamsche School. Jaargang 2, Halfjaar 1, 1903, blz. 112–114.
- ↑ Objecten in het Museum Boijmans Van Beuningen
- ↑ Objecten in het Rijksmuseum